Suzhou heeft een lange geschiedenis als stad van de zijde. Daarnaast is Suzhou beroemd om zijn vele tuinen en kanalen. Buitenlandse toeristen noemen de stad wel het Venetië van het Verre Oosten. In de oude delen van de stad vind je de ronde maanpoorten die de stad zo’n karakteristieke uitstraling geven. Het centrum kun je het beste te voet verkennen.
Suzhou was het meest welvarend onder de Ming- en de Qing dynastie, toen het tal van ambtenaren, wetenschappers en kunstenaars aantrok en de plaatselijke kooplieden goede zaken deden. De rijkdommen werden grotendeels geïnvesteerd in de 150 tuinen die de stad zo beroemd hebben gemaakt. Je kunt één van de bekende ’ambtenaars’ tuinen bezoeken of een kijkje in het zijdemuseum nemen.
Het principe van de Chinese tuinaanleg – het creëren van de illusie van het gehele universum in een beperkte ruimte – wordt het hier duidelijk tot uiting gebracht. Water sijpelt tussen merkwaardig gevormde rotsspleten omlaag; eilandjes zijn met elkaar verbonden door waterlopen met zigzaggende bruggetjes; kronkelpaadjes leiden naar besloten gedeelten met fonteinen, zorgvuldig gesnoeide planten en visvijvers. Een wandeling door de nauwe steegjes in de stad, langs de kanalen en door de tuinen, heeft een heel speciale charme in de ochtend, als de busladingen toeristen nog niet zijn gearriveerd.